Onderzoek: De app pikt een notificatie op: “AK-47, machinegeweer, leverbaar op afspraak.”

Stuur bericht voor prijs en bezorging.” Een jonge gebruiker klikt, appt terug, is nog vragen, nog een testfoto. Even later is de deal rond. Zo eenvoudig gaat het steeds vaker. Telegram, de app die privacy hoog in het vaandel heeft, wordt in sommige kringen wel eens “virtuele wapenwinkel” genoemd. Jongeren ontdekken dat de drempel laag is soms is het gemak zelfs verbluffend.

De beelden spreken. In Nederland zijn alarmpistolen, gas- en geweerwapens, zelfs omgebouwde pistolen, niet meer alleen het domein van ervaren criminelen, maar toegankelijk voor jongens (en in veel mindere mate meisjes) uit kwetsbare wijken. Jongeren tussen twaalf en twintig roeren zich in ondergrondse groepen, posten hun interesse, krijgen referenties, bewijs dat ze “niet met een oplichter” praten, en rijden even later met een wapen in de auto. De politie betrapt dagelijks tieners met vuurwapens of messen in bezit.

Wat maakt dit mogelijk? Ten eerste: anonimiteit en bereik. Telegram biedt afgeschermde of besloten groepen, waar men zonder veel moeite toegang krijgt tot oproepen voor wapens. Foto’s, filmpjes, zelfs videovertoningen waarin wapens worden omgebouwd of getest, zorgen voor geloofwaardigheid. Soms zijn de verkopers zelf bijna onzichtbaar in “het netwerk”, met gebruikersnamen en niet meer dan een profiel met wat cryptische berichten.

Ten tweede: prijs versus status. Voor sommige jongeren is het hebben van een wapen een teken van status of bescherming of een combinatie van beide. Je hoort verhalen: jongens die zich inspannen om erbij te horen, zich veilig te voelen in een gevaarlijke omgeving, of simpelweg indruk te maken op anderen. Dat maakt kopers makkelijker te vinden. En dat maakt handel lucratief.

Ten derde: de technologische component. Denk aan omgebouwde alarmpistolen of gaswapens die min of meer “gereed” zijn voor gebruik, vaak met onderdelen die eenvoudig te bestellen zijn. Soms speelt 3D-printen een rol bij onderdelen. De logistiek lijkt simpel: contact via chat-app, stokoude telefoon of burner, afspraak, cash betaling, levering of afhaalplek. De grens tussen “illegaal” en “nonchalant” wordt vaag.

De politiek en de wet staan onder druk. Het kabinet werkt aan strengere regels voor messenverkoop aan minderjarigen, er zijn actieplannen rondom wapens en jongeren, maar de staatsapparaten lopen achter. Wetgeving is traag; controlemechanismen zijn gefragmenteerd. Bepaalde app-platforms trekken zich weinig aan van de regels, of verplaatsen activiteit buiten zicht. Politiemensen zeggen dat het moeilijk is op te treden: bewijs verzamelen is ingewikkeld, online sporen zijn vluchtig, anonimiteit is ingebouwd.

Misschien is het ook een moreel probleem dat we met z’n allen accepteren dat jongeren wapens hebben. Hoe vaak hoor je niet “ze gebruiken het toch niet”, “ze willen vooral indruk maken”, “het is een fase”, of “ze hebben het nodig voor bescherming”. Voor jeugdwerkers, ouders en leraren is het moeilijk om tussen deze verhalen te navigeren: wanneer grijp je in? Wat werkt om af te remmen? Wat geeft jongeren alternatieven voor die status, veiligheid of identiteit waar het wapen schijnbaar voor staat?

Er zijn remmen te vinden. Preventie kan bestaan uit bewustwording – jongeren en ouders informeren over risico’s, gevolgen juridisch én persoonlijk. Scholen kunnen programma’s ontwikkelen om geweldloos gedrag te promoten. Gemeenschappen en wijken kunnen zorgen voor meer zichtbare alternatieven: sport, cultuur, mentoring. Tegelijk moet de wet blijven moderniseren: betere regulering van online platformen, meer middelen voor opsporing, strengere straffen voor wapenhandel en vooral: internationale samenwerking, want heel vaak komen wapens via grensoverschrijdende netwerken.

Want de realiteit is simpel en grimmig: zolang je via Telegram of Snapchat of welke app dan ook met één bericht een wapen kunt regelen, zelfs een zwaar wapen, leeft de illusie dat iedereen over wapens kan beschikken wat betekent dat de samenleving steeds dichter bij chaos komt. De vraag is: hoe beschermen we onze jongeren? En onszelf? Het antwoord zit in wetgeving, in sociale interventie, in technologische controle maar bovenal in het besef dat we hier wél iets aan moeten doen, voordat de zaken onherstelbaar worden.

(Foto powered by A.I.)


Ontdek meer van HBP Media

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Geef een reactie