DEN HAAG, 18 december 2025 – Huiselijk geweld en kindermishandeling raken jaarlijks een grote groep Nederlanders en hebben ingrijpende gevolgen voor slachtoffers, gezinnen en de samenleving als geheel. Volgens recente cijfers krijgen ruim 1,3 miljoen volwassenen per jaar te maken met geweld in de huiselijke kring. De impact is groot en vaak langdurig, vooral voor kinderen die opgroeien in onveilige thuissituaties. Het kabinet zet daarom in op een stevige en samenhangende aanpak, waarbij preventie, bescherming en ondersteuning centraal staan.
Nationale coördinatie als sleutel
Een belangrijke stap in de vernieuwde aanpak is de aanstelling van een Nationaal Coördinator Geweld tegen Vrouwen en Huiselijk Geweld. Deze functionaris moet zorgen voor betere samenhang tussen beleidsterreinen en uitvoerende organisaties. Tot nu toe was de aanpak versnipperd over verschillende ministeries en bestuurslagen, wat volgens zowel professionals als slachtoffers leidde tot vertraging en onduidelijkheid.
De Nationaal Coördinator krijgt de opdracht om een nationaal actieplan op te stellen en toe te zien op de uitvoering daarvan. Gemeenten, zorginstellingen en veiligheidsorganisaties krijgen hiermee één centraal aanspreekpunt. De maatregel sluit aan bij internationale verplichtingen uit het Verdrag van Istanbul en de aangescherpte EU-richtlijn tegen geweld tegen vrouwen.
Betere signalering en meldingen
Naast betere coördinatie richt het kabinet zich nadrukkelijk op signalering. Professionals in zorg, onderwijs en justitie spelen hierin een cruciale rol. De meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling wordt verder doorontwikkeld, waarbij wordt gekeken naar een mogelijke adviesplicht voor professionals die twijfelen over onveilige situaties.
Ook Veilig Thuis blijft een centrale schakel. In de eerste helft van 2025 steeg het aantal adviesvragen met meer dan 13 procent. Vooral burgers weten het meldpunt beter te vinden. Tegelijkertijd kampen veel Veilig Thuis-organisaties met personeelstekorten en wachtlijsten. Het kabinet werkt samen met gemeenten en de Vereniging Nederlandse Gemeenten aan meer uniformiteit en betere bereikbaarheid.
Digitale ondersteuning en bewustwording
Om de drempel voor hulp te verlagen, is een nieuw digitaal platform van Veilig Thuis gelanceerd. Bezoekers kunnen hier informatie vinden, ervaringsverhalen lezen en anoniem vragen stellen via een AI-ondersteunde tool. In korte tijd werd het platform tienduizenden keren bezocht, wat wijst op een groeiende behoefte aan laagdrempelige ondersteuning.
Daarnaast blijft publieke bewustwording belangrijk. Tentoonstellingen zoals FEMICIDE maken zichtbaar hoe dodelijk partnergeweld ontstaat en helpen signalen eerder te herkennen. In 2026 zal deze tentoonstelling opnieuw door het land reizen.
Meer opvang voor slachtoffers
Voor slachtoffers die niet langer veilig thuis kunnen wonen, is opvang essentieel. De afgelopen jaren bleek de capaciteit van de vrouwenopvang onvoldoende, waardoor mensen soms noodgedwongen in hotels of vakantieparken terechtkwamen. Vanaf 2026 wordt daarom structureel 12 miljoen euro extra beschikbaar gesteld om het aantal veilige opvangplekken uit te breiden.
Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering, maar het Rijk monitort de effecten nauwlettend. Doel is dat slachtoffers sneller toegang krijgen tot veilige en gespecialiseerde opvang, samen met hun kinderen.
Aandacht voor plegers
Een effectieve aanpak stopt niet bij bescherming van slachtoffers. Ook de aanpak van plegers krijgt meer aandacht. Zonder gedragsverandering blijft het risico op herhaling bestaan. Het kabinet investeert daarom in zowel vrijwillige hulpverlening als gedwongen interventies, zoals gedragsprogramma’s en tijdelijk huisverbod.
Daarnaast wordt gewerkt aan nieuwe wetgeving voor de strafbaarstelling van psychisch geweld en dwingende controle, vormen van geweld die vaak onzichtbaar blijven maar grote schade aanrichten. Het doel is om niet alleen losse incidenten, maar juist patronen van geweld beter aan te pakken.
Europese verplichtingen
De aangescherpte EU-richtlijn tegen geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld verplicht lidstaten tot minimale standaarden voor preventie, bescherming en coördinatie. Nederland moet uiterlijk in 2027 volledig voldoen. De aanstelling van een nationaal coördinator en de versterking van hulpstructuren passen binnen deze verplichtingen.
Een gezamenlijke verantwoordelijkheid
De aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling vraagt om meer dan beleid alleen. Het kabinet benadrukt dat veiligheid een gezamenlijke verantwoordelijkheid is van overheid, professionals én samenleving. Door betere samenwerking, duidelijke regie en blijvende aandacht hoopt men een cultuuromslag te realiseren waarin geweld in de huiselijke kring sneller wordt herkend en effectiever wordt bestreden.