De breuk die Frankrijk verdeelde – mijn verslag van Le Pen vs. Front National

Er zijn rechtszaken die de loop van de geschiedenis veranderen, en er zijn rechtszaken die vooral het masker van macht en hypocrisie afrukken. De zaak Le Pen versus Front National – of eigenlijk: vader versus dochter – behoorde tot die laatste categorie. Ik zat die dag in de overvolle zaal van het Tribunal de Paris, als verslaggever tussen een leger van journalisten uit binnen- en buitenland, en voelde dat ik getuige was van een politieke tragedie in real time.

De zaal kookte van spanning

Nog voor de zitting begon, was de sfeer elektrisch. Aan de ene kant de aanhangers van Marine Le Pen, de huidige leider van het Front National (tegenwoordig Rassemblement National). Aan de andere kant een handjevol trouwe volgelingen van haar vader, Jean-Marie Le Pen, die de partij in 1972 had opgericht en haar decennialang belichaamde. Het was meer dan een familieruzie. Het was een ideologische scheiding, een botsing tussen verleden en toekomst.

Toen Jean-Marie Le Pen de zaal binnenkwam – langzaam, steunend op zijn wandelstok, maar met de blik van een generaal die zijn leger inspecteert – ging er een fluistering door het publiek. Marine zat al op haar plaats, strak in het pak, gezicht op onweer. Ze keek niet op. Geen blik, geen knik. Alleen stilte. Die stilte sprak boekdelen.

Waar de zaak over ging

Officieel draaide de zaak om de uitsluiting van Jean-Marie Le Pen uit de partij die hij zelf had opgericht. Na zijn beruchte uitspraken waarin hij de Holocaust “een detail van de geschiedenis” noemde, besloot het partijbestuur onder leiding van zijn dochter dat de grens was bereikt. Hij werd in 2015 uit de partij gezet, en wat volgde was een jarenlang juridisch steekspel. Jean-Marie vocht terug. Hij eiste eerherstel, financiële compensatie en vooral: zijn titel van erevoorzitter terug.

Het juridische argument was eenvoudig: volgens hem was de uitsluiting onrechtmatig en in strijd met de partijstatuten. Maar iedereen in de zaal wist dat dit proces veel dieper ging. Het was een strijd om nalatenschap, macht en identiteit. Marine probeerde het imago van het Front National te moderniseren, los te weken van het antisemitisme en racisme dat haar vader decennialang had verpersoonlijkt. Jean-Marie zag dat als verraad.

Een schreeuw die door de zaal sneed

Toen de voorzitter van de rechtbank vroeg of Jean-Marie nog iets wilde toevoegen, boog de oude man zich naar de microfoon. Eerst rustig, met zijn typische welbespraaktheid, maar naarmate hij verder sprak, kwam de woede op.
Zij heeft mijn partij gestolen!” riep hij plots, met een stem die dwars door het marmeren plafond leek te snijden. De zaal verstijfde. Journalisten keken elkaar aan, camera’s klikten, iemand kuchte nerveus.
Marine Le Pen rolde met haar ogen, maar haar kaken spanden zich.

Toen ze het woord kreeg, bleef ze eerst kalm. Maar de zelfbeheersing hield niet lang stand.
U heeft de partij zelf vernietigd, vader!” beet ze hem toe.
Het was geen juridische discussie meer, het was een familiedrama – een Griekse tragedie in de zaal van een Franse rechtbank.
De rechter tikte driftig met haar hamer. “Madame Le Pen, monsieur Le Pen! Dit is geen theater.”
Maar het was te laat. Het was wél theater. En wij, de pers, zaten op de eerste rij.

De getuigen en het verdriet

Tijdens de zitting passeerden voormalige partijleden de revue: oud-bestuursleden, woordvoerders, adviseurs. Sommigen spraken met tranen in hun ogen over de tijd dat Jean-Marie nog “de ziel van het Front” was. Anderen wezen juist op de noodzaak van vernieuwing.
Een oud-woordvoerder zei droog: “Zonder de koerswijziging van Marine zouden we nooit op dertig zetels in de Assemblée zijn gekomen.”

Ik noteerde elke zin, maar keek vooral naar hun blikken. Bij elke herinnering aan de “goede oude tijd” keek Jean-Marie trots op, terwijl Marine onrustig op haar stoel schoof. Het leek alsof de geschiedenis zelf hen inhaalde.

De uitspraak

Na uren van getuigenissen, verwijten en verhitte interrupties trok de rechtbank zich terug. Buiten wachtten tientallen camera’s en microfoons. De spanning was bijna tastbaar. Toen de rechters terugkeerden, werd het muisstil.

De uitspraak was helder en hard:
De rechtbank erkende dat Jean-Marie Le Pen formeel was uitgesloten volgens de statuten, en dat de beslissing juridisch geldig was. Zijn beroep werd verworpen. Geen schadevergoeding, geen herstel van zijn erevoorzitterschap.

Jean-Marie zakte achterover, zijn gezicht verstarde. Geen traan, geen woord. Alleen een dunne glimlach, bijna verachtelijk. Marine keek strak voor zich uit. Geen triomf, eerder opluchting – of misschien berusting.

Na afloop liep ze snel de zaal uit, omringd door beveiligers. Jean-Marie bleef nog even zitten, alsof hij besefte dat het hoofdstuk dat hij zelf had geschreven, nu officieel gesloten was.

De nasleep

Buiten, op de trappen van het gerechtsgebouw, stonden camera’s opgesteld in rijen van drie. De journalisten stormden op haar af, maar Marine zei weinig.
“Deze uitspraak bevestigt dat onze partij haar koers heeft hervonden,” klonk het zakelijk.
Jean-Marie kwam iets later, omringd door zijn trouwe volgelingen. Hij zei, met die bekende ijzige glimlach:
“Ze kan mij uit de partij zetten, maar nooit uit de geschiedenis.”

Ik schreef die zin in mijn notitieboek, met kippenvel. Want daarin lag de kern van het hele drama.

Vader en dochter, Frankrijk en zijn schaduw

Wat ik die dag zag, was meer dan een juridische strijd. Het was het symbolische einde van een tijdperk waarin extreemrechts in Frankrijk nog openlijk nostalgisch kon zijn naar het koloniale verleden en antisemitische retoriek kon verkopen als ‘vrijheid van meningsuitin^g’. Marine Le Pen had dat masker willen afrukken – niet per se uit moreel besef, maar uit electorale noodzaak.

Jean-Marie Le Pen vertegenwoordigde het rauwe, provocerende, soms giftige nationalisme van de twintigste eeuw. Zijn dochter vertegenwoordigt het gepolijste, strategische populisme van de eenentwintigste. Ze speelt het spel slimmer, maar de wortels blijven dezelfde. De naam “Le Pen” blijft een echo die door de Franse politiek galmt.

Reflectie

Toen ik die avond mijn verslag schreef in een klein café aan de Boulevard Saint-Michel, hoorde ik buiten mensen discussiëren. De een vond Marine moedig, de ander vond haar een verrader. Dat is Frankrijk ten voeten uit: verdeeld, gepassioneerd, maar altijd betrokken.

Voor mij voelde de dag als een symbolische rechtszaak over het Frankrijk van gisteren en morgen. Een land dat wil breken met zijn schaduwen, maar die schaduwen niet kwijt kan zolang ze een achternaam dragen die in gouden letters op de gevel van het Front National stond.

Jean-Marie Le Pen vocht voor zijn erfenis. Marine vocht om haar partij te redden van diezelfde erfenis.
De rechter sprak recht, maar de geschiedenis is nog niet uitgesproken.


Ontdek meer van HBP Media

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Geef een reactie