DEN HAAG, 19 december 2025 – De Europese Unie heeft een belangrijke stap gezet richting de toekomst van betalen. De EU-landen hebben vandaag een akkoord bereikt over de invoering van de digitale euro. Deze digitale euro wordt een digitale vorm van contant geld, uitgegeven door de Europese Centrale Bank (ECB), en vormt een aanvulling op bestaande betaalmiddelen zoals bankrekeningen en fysiek geld. Het gebruik van de digitale euro wordt vrijwillig en burgers blijven dus vrij om zelf te kiezen hoe zij betalen.
Het akkoord volgt op het voorstel dat de Europese Commissie in juni 2023 presenteerde. Sindsdien is intensief onderhandeld over de voorwaarden, waarbij met name privacy, gebruiksgemak en kosten centraal stonden. Nederland speelde hierin een actieve rol en heeft stevig ingezet op duidelijke waarborgen. Die inzet heeft ertoe geleid dat belangrijke Nederlandse uitgangspunten nu stevig zijn vastgelegd in de Europese verordening.
Wat is de digitale euro?
De digitale euro is bedoeld als publiek betaalmiddel in digitale vorm, vergelijkbaar met contant geld, maar dan geschikt voor het digitale tijdperk. Waar contant geld steeds minder wordt gebruikt en commerciële betaaloplossingen domineren, wil de EU met de digitale euro zorgen voor een betrouwbaar, Europees alternatief. Het betaalmiddel wordt uitgegeven door de ECB en valt daarmee onder publieke controle.
Belangrijk is dat de digitale euro nadrukkelijk niet bedoeld is als vervanging van contant geld, maar als aanvulling. Contant geld blijft bestaan en beschikbaar. De digitale euro biedt vooral extra zekerheid, keuzevrijheid en toegankelijkheid in een steeds verder digitaliserende economie.
Online én offline betalen
Een belangrijk kenmerk van de digitale euro is dat deze zowel online als offline te gebruiken zal zijn. Voor het gebruik kunnen burgers straks bij hun bank een aparte digitale euro-rekening openen. Betalen kan via de app van de bank, een speciale ECB-app of met een aparte betaalkaart.
Bij online betalingen is het privacy-niveau vergelijkbaar met bestaande digitale betaalmethoden, zoals pinnen of betalen via een smartphone. De offline variant biedt echter een extra mate van privacy. Daarbij kunnen betalingen plaatsvinden zonder internetverbinding, bijvoorbeeld door twee telefoons dicht bij elkaar te houden. Deze offline functie maakt betalen mogelijk bij internetstoringen, stroomuitval of tijdelijke bankproblemen en vergroot daarmee de weerbaarheid van het Europese betaalsysteem.
Privacy en niet-programmeerbaarheid
Privacy was een van de meest besproken onderwerpen tijdens de onderhandelingen. De EU-landen zijn het er unaniem over eens dat de digitale euro niet programmeerbaar mag zijn. Dit betekent dat betalingen niet kunnen worden beperkt tot specifieke doelen of producten. Een digitale euro kan dus niet worden “gestuurd” of “geblokkeerd” op basis van beleidskeuzes.
Door dit verbod expliciet in de wetgeving op te nemen, is deze garantie juridisch sterk verankerd. Zeker bij de offline digitale euro wordt privacy vergelijkbaar met contant geld: transacties zijn daar niet te volgen door overheden of banken.
Acceptatieplicht voor winkeliers
Voor winkeliers gaat een acceptatieplicht gelden. Dat houdt in dat ondernemers die nu pinbetalingen accepteren, straks ook digitale euro-betalingen moeten aannemen. Hiermee wordt voorkomen dat consumenten in de praktijk geen gebruik kunnen maken van het nieuwe betaalmiddel.
De EU heeft daarbij maatregelen getroffen om de kosten voor winkeliers beheersbaar te houden. In de eerste jaren mogen de kosten niet hoger zijn dan bij vergelijkbare bestaande betaalmethoden. Ook op langere termijn zijn er waarborgen om te voorkomen dat tarieven buitensporig stijgen.
Geen spaarmiddel, geen rente
De digitale euro is nadrukkelijk bedoeld als betaalmiddel en niet als spaarinstrument. Om te voorkomen dat mensen grote bedragen aanhouden, komt er een aanhoudingslimiet: een maximum aantal digitale euro’s dat iemand mag bezitten. Over digitale euro’s wordt geen rente vergoed, net zoals bij contant geld.
Dit moet voorkomen dat spaargeld massaal van banken naar de digitale euro verschuift, wat de stabiliteit van het financiële systeem zou kunnen ondermijnen.
Kosten voor consument en invoering
Voor consumenten worden standaarddiensten gratis. Het openen en sluiten van een digitale euro-rekening en het doen van betalingen mag niets kosten. De invoering van de digitale euro brengt wel kosten met zich mee, die worden verdeeld tussen de ECB, banken, betaaldienstverleners en winkeliers.
In de eerste jaren worden winkeliers beschermd tegen hogere tarieven. Zodra er meer inzicht is in de daadwerkelijke kostenstructuur, kunnen de tarieven worden aangepast binnen de afgesproken kaders.
Wanneer komt de digitale euro?
De digitale euro zal er op zijn vroegst in 2029 zijn. Eerst moet het Europees Parlement nog instemmen met het akkoord. Daarna volgen verdere onderhandelingen tussen het Parlement en de EU-landen over de definitieve uitvoering.
Met dit akkoord zet de EU een belangrijke stap richting een toekomstbestendig, veilig en privacyvriendelijk betaalsysteem, waarin keuzevrijheid voor burgers centraal blijft staan.