Caroline van der Plas van de BoerBurgerBeweging (BBB) staat bekend om haar directe stijl. Geen wollig taalgebruik, geen ingewikkelde politieke haarkloverijen, maar gewoon recht voor zijn raap. Dat spreekt veel kiezers aan. Maar die stijl wordt problematisch wanneer ze de kerninstituties van onze rechtsstaat ter discussie stelt, zoals haar recente uithaal naar de Raad van State. Volgens Van der Plas is dit hoogste adviesorgaan en bestuursrechter in Nederland een “linkse kliek” en zou het beter maar worden afgeschaft.
Dat klinkt misschien stoer, alsof ze de gevestigde orde wil uitdagen, maar bij nader inzien is het vooral gevaarlijk populisme. Het is een aantasting van de fundamenten van onze democratie en rechtsstaat – en haar beschuldigingen houden geen stand wanneer we ze naast de feiten leggen.
Wat is de Raad van State eigenlijk?
De Raad van State is het hoogste onafhankelijke adviesorgaan van de regering en het parlement, én de hoogste bestuursrechter. Die dubbele rol maakt het uniek in Europa. Het instituut bestaat al sinds 1531 en heeft de eeuwen doorstaan, juist omdat het fungeert als evenwichtsbewaarder.
- Adviesfunctie: Elk wetsvoorstel en elk voorstel van een Algemene Maatregel van Bestuur wordt verplicht voorgelegd aan de Raad. Hun juristen toetsen of de wet uitvoerbaar, handhaafbaar en in lijn met de Grondwet en Europese regels is.
- Rechterlijke functie: Burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties die het niet eens zijn met besluiten van de overheid (denk aan stikstofvergunningen, windmolenparken of bestemmingsplannen) kunnen tot de Raad van State procederen.
Kortom: zonder Raad van State zouden wetten juridisch broddelwerk zijn, en zouden burgers geen ultiem beroepsorgaan meer hebben tegen de overheid.
Het frame van de “linkse kliek”
Van der Plas stelt dat de Raad van State een “linkse kliek” is die de boeren en de BBB tegenwerkt. Dit frame lijkt te zijn ingegeven door een aantal uitspraken in stikstofzaken, waarbij de Raad Europese natuurregels consequent handhaaft.
Maar dat is geen “links” of “rechts”, dat is simpelweg de wet uitvoeren. Nederland heeft zich in Brussel verplicht tot bescherming van Natura 2000-gebieden. Die regels zijn democratisch aangenomen en ondertekend door achtereenvolgende kabinetten – mét instemming van een parlement waarin ook rechtse partijen de meerderheid hadden.
De Raad van State is geen politieke club die naar willekeur regels oplegt. Zij past bestaande wet- en regelgeving toe en houdt de overheid aan de afspraken die zij zelf heeft gemaakt.
Samenstelling en politieke kleur
Een andere beschuldiging is dat de Raad voornamelijk bevolkt zou zijn door progressieve juristen en oud-politici. Maar wie de feiten erbij haalt, ziet dat de Raad bestaat uit een mix van staatsraden met verschillende achtergronden: rechters, hoogleraren, ambtenaren én voormalige politici van uiteenlopende signatuur.
Zo zat bijvoorbeeld Piet Hein Donner (CDA) jarenlang als vicepresident de Raad van State voor. Hij staat bepaald niet bekend als een exponent van links-progressief Nederland. Ook Thom de Graaf (D66), de huidige vicepresident, wordt vaak aangehaald door critici, maar de Raad werkt collegiaal: uitspraken komen niet uit de koker van één persoon, maar van onafhankelijke kamers.
Bovendien geldt: áls er al oud-politici in de Raad zitten, dan worden zij gekozen vanwege hun kennis van wetgeving en staatsrecht, niet vanwege hun partijkaart. Het is juist de diversiteit aan achtergronden die de kwaliteit van het advies waarborgt.
Onafhankelijkheid is de kern
Het belangrijkste punt is dat de Raad van State onafhankelijk is. Dat is ook vastgelegd in de Grondwet. Het wegzetten van de Raad als “linkse kliek” miskent dit fundamentele principe. Onafhankelijke instituties zijn er niet om politici te plezieren, maar om machtsmisbruik te voorkomen en om te zorgen dat wetten en besluiten juridisch houdbaar zijn.
Wanneer politici zich niet kunnen vinden in de uitspraak van een rechter, is dat hun goed recht. Maar roepen dat de rechter dan maar afgeschaft moet worden, ondermijnt de rechtsstaat. Het is dezelfde lijn van redeneren die we zien bij autoritaire leiders elders in de wereld: als de instituties je dwars zitten, dan bestempel je ze als “vijand van het volk”.
De feiten tegen de retoriek
- Feit: De Raad van State toetst wetten en besluiten aan bestaande regels, nationaal én Europees. Zij bedenken die regels niet zelf.
- Feit: Het instituut kent een brede samenstelling en is geen homogene club van “links”.
- Feit: Kritiek op uitspraken kan, maar zonder Raad van State zou de burger de ultieme bescherming tegen overheidsbesluiten verliezen.
- Feit: De Raad van State vormt een cruciaal tegenwicht in het systeem van “checks and balances” waar elke gezonde democratie niet zonder kan.
Het grotere plaatje
De aanval van Van der Plas past in een bredere trend: politici die instituties aanvallen zodra die niet in hun straatje passen. Of het nu om rechters, de pers, de wetenschap of adviesorganen gaat – telkens weer wordt de boodschapper aangevallen in plaats van het probleem inhoudelijk aangepakt.
In het geval van de stikstofcrisis is de boosdoener niet de Raad van State, maar de opeenvolgende kabinetten die jarenlang halfslachtig beleid hebben gevoerd. Zij wisten donders goed dat de Europese regels zouden botsen met de praktijk, maar kozen ervoor om het probleem vooruit te schuiven. Het is goedkoop om dan de Raad de schuld te geven omdat die het onvermijdelijke uitspreekt.
Conclusie: een gevaarlijk pad
Caroline van der Plas heeft met haar uithaal naar de Raad van State een grens overschreden. Politieke kritiek mag scherp zijn, maar wie de fundamenten van de rechtsstaat onderuit wil halen, speelt met vuur. Zonder onafhankelijke rechters en adviseurs verwordt de democratie tot een speelbal van de waan van de dag.
Het is verleidelijk om je achterban te bedienen met simpele vijandbeelden – “de linkse elite”, “de kliek”, “de rechters die ons tegenhouden” – maar de realiteit is dat de Raad van State er niet is om de BBB, de VVD of GroenLinks te pleasen. Ze is er om de burger te beschermen en de wet te bewaken.
Wie dat niet begrijpt, zou zich eens moeten afvragen: wat blijft er nog over van onze democratie als we elk onafhankelijk instituut afschaffen zodra het een politicus niet zint?
Ontdek meer van HBP Media
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.