De nieuwe kwartaalcijfers van Nvidia, Alphabet en Meta lezen als een financiële thriller waarin de hoofdrolspelers over elkaar heen buitelen met steeds absurdere bedragen. Waar de gemiddelde consument worstelt met stijgende kosten, abonnementen die jaarlijks duurder worden en een digitale infrastructuur die steeds meer invloed krijgt op het dagelijks leven, lijken de techreuzen volledig losgezongen van die realiteit.
Alphabet breekt voor het eerst door de 100 miljard dollar
De cijfers van dit kwartaal zijn opnieuw historisch. Nvidia rapporteerde een recordomzet van 57 miljard dollar, een stijging van 62 procent op jaarbasis en maar liefst 22 procent meer dan in het vorige kwartaal. Voor een bedrijf dat ooit vooral bekend stond om grafische kaarten voor gamers, is het een transformatie van ongekende omvang. De explosie komt volledig door de vraag naar AI-chips. Volgens topman Jensen Huang is kunstmatige intelligentie “niet meer te stoppen” en bevindt AI zich in een “positieve spiraal”.
Maar het is niet alleen een spiraal van innovatie — het is vooral een spiraal van geld, macht en afhankelijkheid.
Alsof dat niet genoeg is, zette Alphabet, het moederbedrijf van Google, een nieuwe mijlpaal neer: meer dan 100 miljard dollar omzet in één kwartaal. Google Search, YouTube en Google Cloud lieten allemaal dubbele groeicijfers zien. AI-producten en advertentie-inkomsten blijven de motor waarop dit geldgedreven systeem draait.
Een omzet van 102,3 miljard dollar klinkt indrukwekkend — en dat is het ook — maar het legt vooral iets anders bloot: de ongekende dominantie van een bedrijf dat wereldwijd de toegang tot informatie, advertentiemarkten en infrastructuur bepaalt. In feite draait een groot deel van onze digitale economie op de motor van Google, en die motor wordt iedere maand luider, groter en machtiger.
Meta doet vrolijk mee
Ook Meta, het bedrijf achter Facebook, Instagram en WhatsApp, rapporteerde resultaten waar menig multinational jaloers op zou zijn. De omzet kwam uit op 51,24 miljard dollar, hoger dan de verwachte 49,41 miljard. En de winst per aandeel? $7,25, waar analisten op $6,69 hadden gerekend.
De markt reageert elke keer met gejuich. Analisten spreken over “sterke fundamentals”, “gezonde groei” en “solide AI-strategieën”. Maar weinig mensen stellen nog de vraag die misschien wel het belangrijkst is: Wie betaalt voor deze ongekende winsten?
De eindgebruiker draagt de lasten
Terwijl techbedrijven zichzelf presenteren als visionaire aanjagers van de toekomst, is het de consument die de rekening betaalt — direct én indirect.
1. Hogere abonnementskosten
Streamingdiensten, cloudopslag, socialmediaplatforms en software: stuk voor stuk zijn ze de voorbije jaren duurder geworden. De inflatie wordt steevast als excuus gebruikt, maar de realiteit is hard: wanneer bedrijven recordwinsten boeken, worden prijsstijgingen vooral een verdienmodel.
2. Advertenties als verborgen belasting
Google en Meta drijven voor een groot deel op advertentie-inkomsten. Die advertenties worden op hun beurt betaald door bedrijven, die de kosten vervolgens doorberekenen aan… juist: de consument. Elke online bestelling, elke supermarktboodschap en zelfs elke zorgverzekering bevat een verborgen opslag voor marketingkosten.
Digitale reclame is daarmee een moderne vorm van belastingheffing geworden — niet door de overheid, maar door techreuzen.
3. Versnippering en lock-ins
Nvidia’s dominantie in AI-hardware maakt de hele sector afhankelijk van één partij. Alphabet en Meta beheersen de datastromen, advertentienetwerken en sociale interacties van miljarden mensen. Hoe sterker die afhankelijkheid, hoe hoger de kosten voor ontwikkelaars, bedrijven én gebruikers. De markt beweegt niet vrij; hij beweegt op commando.
4. Data als valuta
De grootste prijs die we betalen is niet eens financieel. Het is de hoeveelheid data die we moeten afstaan. Elke klik, zoekopdracht, locatie en foto voedt een ecosysteem dat miljarden waard is — maar waarvan de eindgebruiker geen cent terugziet.
De vraag die niemand durft te stellen
Het debat zou niet moeten gaan over of deze winsten uitzonderlijk zijn — dat zijn ze. De vraag is: is dit model duurzaam, eerlijk en gezond voor onze samenleving?
We laten een handvol bedrijven met ongekende macht bepalen hoe wij communiceren, consumeren, leren, werken en denken. En terwijl die bedrijven record op record stapelen, wordt de digitale rekening almaar hoger — niet voor hen, maar voor ons.
Conclusie
Nvidia, Alphabet en Meta laten zien dat de technologische revolutie geen rem meer kent. Maar wie profiteert er werkelijk van? De bedrijven zelf, hun aandeelhouders en een kleine kring van insiders.
De rest van de wereld? Die betaalt — letterlijk en figuurlijk — steeds meer.
Het is tijd dat we ons afvragen of een digitale economie waarin een klein aantal bedrijven recordwinsten binnenharkt terwijl de kosten voor consumenten blijven stijgen, nog wel in balans is.
Misschien is het niet de AI-spiraal die positief is, maar de winstspiraal. En die draait volledig de verkeerde kant op.
Ontdek meer van HBP Media
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.
